16/nov/09

Minnares.

Hoe kan het dat zij,
de avonden, nachten.
Gestolen minuten zwevend op slechts verlangens.
Een wereld geschapen om lief te hebben.
Daar waar afgunst en misprijzen.
Ze weet het.
Zij heeft het in haar hoofd, lijf.
Haar geur verwart me.
Haar stem, zoveel woorden.
Een geluid,
een trilling in een lege ruimte.
Haar adem zoveel leven.
Ik wil me schuilen in haar luwte.
Luwte van onderdrukte passie.
Als ik kon zou ik delen.
Tot de ochtendgloren en de daar opvolgende.
Maar ik weet niet en zal ook nooit weten.
Of zij,
zij met me dat moment zou willen beleven.
Herbeleven,
want steeds weer opnieuw,
minnares…


Reacties