24/jan/11

Vergeten.

Bronbeek Arnhem.
Tehuis voor oude militaire veteranen en KNIL’ers.
Ze leven midden in een museum over Indonesië begin vorige eeuw.
“Onze Oost” placht een bevriend geschiedenis leraar
een beetje cynisch te zeggen.
Soms denk ik is het eigenlijk wel een stukje “mijn” Oost.
Daar ligt een stukje oorsprong van mijn bestaan.
En toch heb ik er niets mee.
Of eigenlijk ook weer wel.
Ik zag foto’s van hongerige mensen in de Jappen kampen.
Het gevecht om hun kale bestaan.
Een foto met een klein donker kereltje, witte blouse met een
veel te grote korte broek aan de hand van een Indische vrouw.
Zou mijn vader kunnen zijn.
En dan die wrede foto’s met een bijna paradijselijke achtergrond.
Hoe vreemd dat stukje herkenning.
Ligt daar het geheim van mijn kracht?
Mijn opa overleefde de ontberingen van de Birma spoorweg.
Waarom hij wel en tien duizenden met hem niet?
En waarom overleefde ik wel en vele met een letsel als ik niet?
Het leed in Indonesië is vergeten.
Ik sprak een medewerker; zoon van een oud KNIL’er.
Hoe meer ik hem vroeg,
zijn antwoorden,
zijn ogen,
vurig.
Ik voelde verontwaardiging,
Het aangedane leed door de Jappen en Blanda’s.
spijt.
Zijn ogen,
waterig.
Het is vergeten,
Vergeten…

(KNIL: Koninklijk Nederlands Indisch Leger).


Reacties